Als je als regeneratieve boerderij met de natuur begaan bent, moet die natuur dan eigenlijk ook niet mee kunnen praten over het beleid?
Een “zoöp” dus, naar voorbeeld van Rotterdams instituut. Nu is een kip, wolf of microbe lastig aan de vergadertafel uit te nodigen, dus in de praktijk zijn het wel mensen die meepraten. Deze ‘spreker voor de levenden’ krijgt een stem en zelfs een veto binnen het bestuur om namens de natuur mee te denken, en mee te beslissen. Hiervoor wordt iemand uitgezocht die kennis van ecologie heeft en goed aansluit bij de ambities van Bodemzicht.